Vroeger zaten er gaatjes in de telefoon
en toch was hij niet kapot
met je vinger draaide je helemaal door
tot je niet meer verder kon, het slot
Je kende alle nummers uit je hoofd
had tijd genoeg om het op te slaan
als de schijf terug snorde naar het begin
en je naar het volgende cijfer kon gaan
Het snoer zat altijd gedraaid
zodat je iets had om mee te spelen
werd het gesprek dan een beetje saai
kon je altijd je aandacht verdelen
De telefoon rinkelde vroeger echt
heel anders dan het geschel van nu
een vol geluid, heel het huis op zijn kop
ringtones zijn slechts een residu
Was je boos, smeet je de hoorn op de haak
dát was pas ophangen met flair
driftig tikken op mobiel glas
doet toch veel minder zeer
Je kon er niet mee bellen in de trein of op de fiets
en internet was al helemaal onbereikbaar
maar met je ogen stijf dicht, gedachten diep
zag je de persoon aan de andere kant zonneklaar
Vroeger zaten er gaatjes in de telefoon
nu zijn ze kleurrijk en smart
het maakt niet uit, als het maar werkt
maak contact, oor tot hart