Als een onverklaarbare kracht me dwingt mijn ogen te sluiten
en watten mijn hoofd tot barstens toe vullen,
een vermoeidheid mijn ledematen ketent met te zware boeien
die uit protest rinkelen tot in mijn botten,
indien mijn brein de gehoorgangen dempt, zo niet blokkeert,
pijnlijke schrapers zich in mijn keel genesteld hebben
en spieren die ik nog niet kende klieren,
dan,
en alleen dan,
ben ik ziek…
Maar dat ben ik niet,
ik weiger!
… al wankel ik op het randje.
