Geplaatst in Biker Witch, Cultuur, Muziek

Breda Jazz Festival 2011

Een zonovergoten lentedag in juni. Als we langs de singel lopen, waaien trompetklanken onze richting uit. Een muzikant heeft zich afgezonderd om nog even te oefenen. Een weefgetouw van pontons strekt zich uit over het water van het Spanjaardsgat. Er is een groot podium gebouwd op het water, maar er speelt nog geen band. Hierdoor niet in het minst gehinderd hebben honderden zon- en muziekliefhebbers een plekje gevonden. Zien en gezien worden.

We slenteren verder het centrum in, gelokt door de jazzy klanken. Helaas blijken ze nog steeds van blik te zijn. Waar zijn die befaamde bandjes nou, slapen ze nog? Het 41ste Breda Jazz Festival gaat rustig van start.

In de Visserstraat lopen we vrienden tegen het lijf. Even bijkletsen natuurlijk, over vakanties en de afgelaste Harleydag in Arnhem. Rivaliserende bendes zouden de stad onveilig maken. De enige oplossing was blijkbaar Arnhem hermetisch op slot gooien en alles annuleren. Ook Breda moet er dit jaar aan geloven: er komt geen Harleydag Breda! Eeuwig zonde. Goh, zouden ze vandaag dan niet bang zijn? Hier zijn toch zeker ook rivaliserende bands?

We genieten van het uitzicht. Breda is een prachtige gemoedelijke stad met veel mooie gebouwen en ook veel mooie mensen. Aparte mensen. Interessante mensen. Ik kijk met verwondering naar een vrouw op slippers met gouden naaldhakken. Erg knap en atletisch als je daar op kunt lopen zonder te stranden tussen de kinderkopjes.

Dan ontdek ik een Warhammer winkel met prachtige sets  – ook Lord of the Rings – langs de wanden, een live workshop en kleine kunstwerken uitgestald in het midden. Ik moet ze gewoon even aanraken, héél voorzichtig. Ademloos dwaal ik rond, kijkend naar de geconcentreerde gezichten van kinderen die druk bezig zijn met het beschilderen van de figuurtjes. De miniaturen lijken me ook bijzonder geschikt voor Dungeons & Dragons. Vman is inmiddels naar buiten gevlucht. Een man vangt mijn blik op en vraagt of ik een rondleiding wil, of uitleg over het spel. Ik bedank hem en zeg – met een knipoog naar buiten – dat ik misschien nog wel een keertje alleen terug kom.

Bij Bagels & Beans weten we een tafeltje in de zon te bemachtigen. Vman kiest voor een muffin en ijsthee, zelf kies ik voor een Nootgeval: een goddelijke mix van yoghurt, ahornsiroop, walnoten, bananen en kaneel. Ik heb zin om het glas uit te likken.

Een Perry Sport en Xenos later gaan we weer op zoek naar een terras. Het is vreselijk druk, maar iedereen lacht en danst, klapt en zingt. Wat een sfeertje! Dan hoor ik eindelijk een streetband, man met paraplu voorop. Dertig jaren Jazz Festival vliegen in een rap tempo door mijn hoofd om tot stilstand te komen in 1981; het jaar dat ik startte met mijn studie in Breda. Vanaf het begin kwam mijn vader rond Hemelvaart hier naar toe om te genieten van de live jazz muziek. Het was een vrolijke traditie, vaak samenvallend met mijn verjaardag. Weet je wat? Ik ga hem bellen, ga hem laten meeluisteren, terugvoeren naar toen. Zijn lachende stem aan de telefoon vertelt me dat hij dit op prijs stelt.

Op het Kasteelplein schiet Vman – na diverse mislukte pogingen – als een snoek af op een vrij tafeltje bij Plan B. Hij en een vreemde man winnen samen. Wij vrouwen grijnzen naar elkaar en even later zitten we gezamenlijk wat te drinken. Het is een echtpaar uit Tilburg. Ze drinken slechts één pilsje, anders redden ze het niet meer op de fiets terug. Ik denk aan Vman’s rug en houd het bij jus d’orange. Een dubbele trappist in deze warmte vloert me gegarandeerd.

Een uurtje later stappen we op, de volgende terrasliefhebbers nog net niet op schoot. Hand-in-hand lopen we op de klanken van de zonnige muziek terug naar de auto. Wat een heerlijke donderdag.

Geplaatst in Biker Witch, Columns

Richtingsgevoel

Een buitengewoon mooie lentedag in april. Genietend loop ik door de deels zonovergoten deels beschaduwde straten van Arnhem, een geweldig concert van The Wall in het vooruitzicht. De temperatuur is aangenaam en om mij heen ontluiken zomerse outfits met bijbehorende glimlachen. Ik ben op een ontdekkingsreis die mij van de ene naar de andere winkel voert: Esprit, Dille & Kamille, een alternatief winkeltje met fantasy spullen. Ik kom ogen tekort. Een brie-tosti met walnoten en honing geeft voldoende energie om weer op pad te gaan. Iets later een dubbele Trappist.

In een roes van ontspanning dwaal ik steeds verder en verder. Dan ineens de realisatie dat ik met geen mogelijkheid meer weet waar ik ben! Waar staat de auto? Ik heb werkelijk geen flauw idee. Geschrokken blijf ik stil staan en kijk verwilderd om me heen. HELP? De onverstoorbare kracht aan mijn zijde lacht alleen maar en leidt mij zonder aarzelen in de goede richting. Volstrekt onbegrijpelijk, hoe doet hij dat toch? Als ik de weg naar de parkeergarage had moeten terugvinden, dan zat ik nu nog niet op Avans.

Richtingsgevoel. Een ingebouwde  radar die werkt zonder ijkpunten, satellieten of energievoorziening. Het gevoel dat je zegt welke kant je op moet. Dat je voert naar je eindbestemming, maakt niet uit waar je je op dat moment bevindt. Ze zeggen wel eens dat dit gevoel bij vrouwen ontbreekt, maar in mijn geval klopt daar niets van, ongelofelijk maar waar. Ik ben gezegend met een bijzonder ‘goed’ ontwikkeld richtingsgevoel. Je kunt met mij namelijk alle kanten op! En mocht ik een kant kiezen, dan kun je ervan uitgaan dat je nou nét de andere kant op moet lopen. Handig toch?

Er bestaan grote verschillen tussen man en vrouw, fysiek en mentaal. Richtingsgevoel is daar een van, dat weet iedereen… alhoewel wetenschappelijk onderzoek anders doet vermoeden. Onderzoekers hebben ontdekt dat het richtingsgevoel bij alle zoogdieren – inclusief mensen – is aangeboren, waarbij geen verschil tussen de seksen is aangetroffen. Dus luitjes, de bewering dat vrouwen minder goed kunnen navigeren dan mannen is gewoon een mythe! *kuch*. Misschien klopt het wel gedeeltelijk: op grond van de stand van de zon bepaal ik zo de juiste richting. Met een kaart is het uitzetten van een route of het vinden van een bestemming een fluitje van een cent. Maar zet me in een bos of twee straten verder in een stadscentrum en ik ben hopeloos verdwaald. Ik moet herkenningspunten ZIEN en kan routebeelden niet bij elkaar krijgen in mijn hoofd.

In het weekend gingen we een stuk rijden op onze Harley-Davidson. De tocht voerde langs weilanden met vertederende lammetjes die rond hun moeders dartelden. Bruine en zwarte paarden smulden onverstoorbaar van het lentegras. Roofvogels zweefden op hun brede vleugels en bespiedden de nog nietsvermoedende prooi. Het was druk met fietsers op de landwegen. Eenlingen racend, stelletjes gemoedelijk peddelend, andere groepen in een man-vrouw verdeling. De mannen altijd voorop – ongetwijfeld navigerend. We ronkten dan weer in Zundert, een paar minuten later ineens in Breda, vervolgens weer in een plaats die naar mijn gevoel een flink eind verderop moest liggen. Het enige dat te zien was van mijn innerlijke verbazing was een opgetrokken wenkbrauw. Maar ik liet me gewoon lekker meevoeren, genietend achterop bij mijn partner. Ik vertrouw wel op zijn richtingsgevoel.

Geplaatst in Biker Witch

Abraham op ’n Harley?

Het was feest afgelopen vrijdag. Niet zomaar een feest, maar een feest van iemand die een halve eeuw ervaring achter zijn kiezen heeft. Van iemand die nu weet waar hij zijn mosterd moet halen. Iemand die je geen rad meer voor ogen kunt draaien… behalve dan dat van een Harley-Davidson. Want van zo’n rad krijgt onze Abraham nooit genoeg… Afgelopen vrijdag werd Bob vijftig jaar. Ook Vman en ik waren uitgenodigd.

Bob’s feest werd in de Ierse pub thuis gevierd – maar toch ook weer niet 😉 Het was een gezellige bende van vrienden en familie en al gauw liep ik van wang naar wang, want een hartelijke begroeting is een must in onze groep! Heerlijk om bij te kletsen onder het genot van een glas rosé en appelsap. Tot het sap mijn neus uit kwam en ik op aanraden van de puike bediening overging op Rivella. Best lekker dat spul.

Er kwamen allerlei heerlijke hapjes langs, het was alleen jammer dat er roze wormen in zaten! Tot grote vreugde van Martina bedankte ik voor deze ‘lekkernij’. Maar zonder gekheid, de catering was geweldig! Kruidige gazpacho, fruitige saladehapjes, knapperig verse broodjes met roomboter en verschillende soorten zout. Een brokje zout belandde in mijn decolleté en dreef mij half tot waanzin. Na overleg met een proestende Ruby ben ik het maar eruit gaan vissen op een rustige plek. Glaasjes met verrukkelijke olijven. Er werden zelfs vers gegrilde hamburgers royale geserveerd.

Halverwege de avond werd onze Abraham ontvoerd door een geheime delegatie, om even later aan de hand terug geleid te worden naar het feestgedruis. Daar waar Bob eerder normaal gekleed was, mochten wij nu zijn harige benen aanschouwen die onder een korte broek uit staken. Een shirt, blinddoek en een olijk petje met propeller maakte de outfit compleet. Bob nam plaats op een houten hobbelpaard ‘Harley’ en al spoedig schommelde hij erop los. Wat ging er gebeuren?!

Er kwam een enorme taart het zaaltje binnen wandelen! Nee, geen dikke vrouw, maar een echte taart. Nou ja, ook niet echt, maar van stof, versierd met ballonnen. Tijdens de speech werden enige gebeurtenissen uit Bob’s leven aangestipt. De spanning steeg, wat was het geheim van deze taart? Al gauw daalde de taart op miraculeuze wijze en uit het midden sprongen vier behaarde dames als duveltjes uit een doosje naar voren: K4. Bob’s benen waren er heilig bij! Na enige band-problemen gaf K4 een spetterende voorstelling met hun liedje ‘Wij blijven vrienden‘. Hilarisch!

Ton nam op zijn eigen unieke wijze het woord en bood Bob maar liefst twee keer twee cadeaus aan: twee fake om hem op een dwaalspoor te zetten, en twee echte. Hij kreeg een grote motortas en een prachtige pentekening van zijn hond Sam in een mooie lijst. Een bijzondere herinnering aan een bijzondere vriend…

Tegen het einde van de avond kwamen de flessen whisky op tafel, waaronder mijn favoriete Dalwhinnie. Jammer genoeg heette ook ik BOB – maar geen Abraham, nóg niet . Meer dan een zo goed als onzichtbaar bodempje zat er niet in die avond. De muziek stopte, de bediening stopte, maar wij waren nog lang niet klaar met kletsen. Ruim na twee uur liepen we naar buiten.

Kaatje stond nog trouw te wachten en daar ging het weer richting huis. Halverwege merkte ik dat we gevolgd werden! Onverstoorbaar hield ik me aan de maximum snelheid – sort of – om voor een rood stoplicht halt te houden. Mijn achtervolger stopte naast ons, opende het raam en begon te dreigen dat we beter een beetje door konden rijden! Vman antwoordde dat we dit helemaal zelf moesten weten, en na wat over en weer geschreeuw stapte de bijrijder van mijn bumperklever uit! Het leek me beter om er als de wind vandoor te gaan… ook al waren het Ruby, PP en Rudy maar *grijns* hopelijk waren er geen getuigen van dit incident, anders zou alarmnummer 112 wel eens een oproep gehad kunnen hebben.

Het was feest afgelopen vrijdag! 😀

Geplaatst in Biker Witch

Bigtwin Bikeshow 2010

De Bigtwin Bikeshow in Rosmalen. Iedereen lijkt onderweg te zijn naar het Autotron! Ongehinderd door de regen vliegen zelfs ganzen in strakke v-vorm naar het oosten en lachen snaterend de mensen uit die in een file traag vooruit kruipen. Ha, maar die vogels hebben geen Pink Floyd! Een roofvogel heeft het veel te  druk met zijn prooi om de voorbijgangers ook maar een blik waardig te keuren. Smakelijk eten meneer.

Het Autotron ligt in Rosmalen. Maar moet je op de snelweg Rosmalen aanhouden? Ja natuurlijk, zegt zowat iedere vrouw. Nee ben je gek, natuurlijk niet, zeggen de mannen. Wederom is het goed dat Vman achter het stuur van zijn auto zit – Kaatje staat immers nog steeds in dat zijstraatje – ik zou echt twee keer finaal fout gereden zijn vandaag.

Vanaf het eerste moment is het smullen:

Fonkelende motoren, hier en daar weerklinkt het zware geronk van een Harley die gestart wordt. Stoere bikers en ruige meiden. Ondanks de heavy entourage is de sfeer zeer gemoedelijk en vindt het publiek een weg langs de vele kraampjes. Broodjes Unox, ijsjes met chocoladedip – die waren lekker trouwens! – zakken friet en frikadellen in handen van in leer geklede motorfans. Ik kijk mijn ogen uit, wat een prachtige machines zijn hier tentoongesteld. En wat een gave mensen!

Dan weerklinkt een stem die vertelt dat de striptease show begint in een andere hal. Verwachtingsvol blijf ik staan en bereid me voor op de stormloop van mannen. Blijkbaar is het hier nog een beetje te vroeg voor – kan dat überhaupt wel? – want de bikers lopen onverstoorbaar door. Hun ogen worden wel getrokken door twee jonge meiden die in schaarse strakke zwarte kledij op hoge hakken door de hal flaneren.  De arme schapen huiveren van de kou.

We maken nog een praatje met Henny en even later met Ariën van onze Bredase Harley-Davidson dealer O.I.T. Grappig om bekenden tegen te komen. Het Engels, Duits en Vlaams streelt je oren op deze bikeshow. Vele onderdelen liggen blinkend uitgestald en Vman lacht om de namen die ik ze geef. Zo liggen er torpedo’s en lampenkapjes (luchtfilters voor de kenners), hebben motoren wespentailles en moet ik me inhouden om geen onbekend gereedschap te kopen. Altijd handig toch? “Laat maar liggen Marion,” hoor ik een stem naast mij zeggen. Blijkbaar kent Vman mij intussen te goed 😉

Vooral de sierradenkraampjes met armbanden, ringen en oorbellen trekken mijn aandacht – inmiddels sieren twee elfjes speels mijn oorlellen – ik weet tenminste wat je met die voorwerpen kunt doen. Een drankje en snickers doen wonderen voor het energiepeil.

Terug naar de motoren, met enkele details:

Als klap op de vuurpijl vinden we in een aparte hal ook nog wat ‘doorsnee’ auto’s. Mijn excuses voor eventueel kwijl op de cameralens:

PS. Reserveer maar vast kaartjes voor volgend jaar Bigtwin, want dan zijn we er weer bij.

PS. PS. En weet welke formulieren je uit die bak kiest hè Bigtwin, want als je de reis naar the US aan Vman en mij geeft, dan zijn jullie gegarandeerd van mooie reisverhalen! 😉

Geplaatst in Biker Witch, Persoonlijk

Vakantievloek

Nee rustig maar, het gaat helemaal niet over vloeken. Dat doe ik alleen als ik mijn hoofd hard stoot. Of mijn teen. De knieschijven doen trouwens ook mee. Nee, de titel gaat over de vloek die rustte op mijn vakanties van de afgelopen tien jaren. Geloof me, je zou de beschrijving ervan niet in een brochure van een reisorganisatie zetten: mensen zouden het hele jaar doorwerken! Maar dit jaar is een kentering opgetreden! De zomervakantie, of eigenlijk vakantieS, waren boven alle verwachting. Binnen een dag waren gedachten aan het werk naar de achtergrond verdreven. Een aaneenschakeling van activiteiten bleek de oplossing. Nou ja, het gezelschap waarin ik verkeerde was nog veel belangrijker. Dus vooral een mega dankjewel aan mijn geweldige partner Vman en vrienden.

Allereerst was daar het feestweekend van onze Karatevereniging. Al vijfentwintig jaren lang een plek waar karateka’s hun sport veilig kunnen beoefenen. Een vereniging waar leden vrienden worden. In Brugge verzamelde het gezelschap zich bij de gehuurde hostel, op de hoek van een druk kruispunt met interessante verkeersregels. Dat wij dit uitgebreid bekeken en becommentarieerd hebben moge duidelijk zijn.

Op vrijdagavond zijn we Brugge gaan verkennen, eindigend op een terras om van trappist en het heerlijke weer te genieten. Daar werden we vermaakt door een ober die nog net niet in roze gekleed was en met plezier plaats nam op onze sensei’s schoot. Leunend legde ik even later mijn hand op de knie van mijn Vman… en ontving daarvoor een tik van die ober. Dat getuigt van lef in het gezelschap van karateka’s, of van lichtelijke waanzin – vermoedelijk het laatste. Natuurlijk gaf ik hem een mep terug! Mafketel.

De volgende dag was het tijd voor een rondvaart door Brugge. En wonder boven wonder was het verfrissend en niet benauwd. Daarna een rondleiding door de brouwerij. Een Brugse Zot verlichtte het wachten; het verlichtte tevens mijn vermoeide brein. Giechelend en lachend met Carin voorop bij de tour. Wat zijn die trapjes dan steil en de hekken wankel boven op het dak. Een tweede pint was te zot voor mij, we moesten nog terug zien te komen bij de hostel. Hier volgde een waar grill feest – complimenten aan de inkopers – afgesloten met kaartspellen en muziek. Gelukkig waren Vman en ik net naar boven toen het Nederlandse genre losbarstte.

En ik zit nu opgesloten in mijn slaapkamer te typen omdat ik moest vluchten voor de weelderige klanken van Radio Hollandio die mijn tuin ‘opvrolijken’. Onmogelijk om op mijn favoriete schrijfplek – schommelbank – ook maar iets uit mijn hoofd en vingers te krijgen.

Met het oog op de vakantie die de volgende ochtend om 5 uur zou starten, reden Vman en ik na een stevig ontbijt van spek, ei en champignons weer naar huis. De rest begaf zich in oostelijke richting naar het strand voor voetbal, zonnen, zwemmen en ´s avonds een diner ter afsluiting. Het was een geweldig weekend. Veel gelachen, veel gekletst en vooral veel genoten.

Maandag om 6.30 uur stapten we op de zwaar bepakte motor voor een reis die ons door België, Duitsland, Zwitserland, Italië en Frankrijk zou voeren. Op mijn website Drieske’s place heb ik hier al over geschreven (Engels): Alien on a bike. De eerste week toerden we samen met Daan en Annie, de tweede waren we met zijn tweetjes. Enkele steekwoorden voor deze vakantie zijn: vrijheid, hitte, samen zijn, lekker eten met uitzicht op minder lekker ogend eten, bliksemflitsen in de bergen, HOG Rally in Lugano, slenteren op een markt in de koelte van een regenbui, prachtige natuur, wandelingen, wijn, adembenemend steile mooie afdalingen, kracht en warmte van de Harley, stilte om te kunnen nadenken, offline, picknick, douchen, talen spreken – zelfs meerdere door elkaar heen, vrienden maken, Garmin, foto’s, laptopje (zie Vman’s blog Bikermaniac), boek ‘The Name of the Wind’. Wat een belevenis, ’s ochtends niet wetend waar je ’s avonds zult slapen. Mijn eerste en zeker niet laatste biker vakantie, met Vman aan mijn zijde. Oh nee, voorop!

Tja, en dan kom je thuis – poets intermezzo – om drie dagen later de koffers weer te pakken: nu voor een werkvakantie in Portugal.

Vrienden van ons hebben een stuk land in Portugal gekocht, waar zij zich over een aantal jaren gaan settelen. Er wordt een prachtig huis gebouwd met een magnifiek uitzicht. Om er echter ook nu al van te kunnen genieten, hadden M&M het plan opgevat om alvast een houten hut te plaatsen. Makkie toch, zou je denken? Nou, niet als deze hut in onbewerkte planken, plankjes, balken, latjes en ondefinieerbare vormen afgeleverd wordt met een aantal pagina’s aanwijzingen. Een uitdaging was het!

Marcel, Martina en Marij waren reeds per auto & aanhanger vertrokken, wij arriveerden twee dagen later met een zilveren gemotoriseerde vogel. Het was bloedheet in Portugal… geweest. Vman en ik namen een dicht wolkendek en verkoelende lucht als cadeau mee. Gelukkig maar, want het is een hel om te impregneren in de brandende zon. Wat hebben we hard gewerkt, van ’s ochtends vroeg tot de vroege avond, verstandig gekleed inclusief werkschoenen met ijzeren neuzen. Hoewel die goed waren voor de veiligheid, waren ze niet goed voor mijn eigen neus. ‘Buurman’  Kees kwam trouw meehelpen die week. Het eindresultaat mag er dan ook zijn:  vrijstaand houten chalet met drie kamers en een vide, natuurlijke materialen, handgemaakt, volledige keuken en badkamer, panoramaraam, openslaande tuindeuren, zeezicht, pittoreske omgeving, wijds uitzicht. Yes, het M4VK-team is erg trots.

Gelukkig was er ook iedere dag tijd voor een heerlijke lunch: in kleine cafeetjes met hartverwarmende mensen die als het niet anders kon met handen en voeten communiceerden. Op ‘ Het Land’ met vers fruit, knapperige broodjes, zalige tonijnpate met pimiento, meloen met sap druipend langs je kin, icetea en melk. En ’s avonds uit eten in typisch Portugese restaurants (TL licht, functioneel ingericht, lekker en puur eten) o.a. Chateau Briand (wat heeft ook Reina gesmuld later), pizza met twee kannen Sangria, een complete vis op een schotel vol lekkernijen, soort tapas, fingerlickin’  good!! Halverwege de week kregen we een middag vrij van de boss en gingen we met zijn vijven naar Obidos, een middeleeuws stadje omringd door een muur. Vman zag mij vol verbazing het ene na het andere winkeltje in stappen. Maar het waren dan ook erg leuke winkeltjes, echt om te snuffelen. De laatste dag brachten we door in Lissabon. Steile straatjes, gladde kinderkopjes, felle bloemen, ook felle hitte.

Vier weken vakantie, vier weken genieten. Van vreemde oorden, onvermoede talentontwikkelingen (ik kan nog steeds geen ongelakt hout zien zonder naar een kwast te willen grijpen en gooi ‘grazi’, ‘merci’ en ‘obrigada’  met verve door elkaar heen), van strangers en vrienden, en bovenal van mijn partner die me verlost heeft van de vakantievloek. We hebben volop genoten en plezier gehad.

Tja, en dan kom je weer thuis en tref je wederom een lichtelijke puinhoop aan – details zal ik je besparen. Wat wil je als twee katers zich vervelen en verwaarloosd voelen, ondanks de goede zorgen van mijn beide zonen. Dan gaan ze met veel plezier rotzooi maken. Tja, en dan vloek ik hè. Ook al doet het niet echt pijn.

Geplaatst in Biker Witch

Biker Witch

Afgelopen vrijdag ging de wekker. Is dat zo raar, zul je wellicht denken? Nou nee, maar dit keer was ik blij met dat melodieuze geluid: ik  hoefde namelijk niet naar het werk. Mijn Vman en ik gingen met een groep van 20 motoren naar de HOG Rally in Luxemburg! Voor de tiende keer alles controleren, de laatste dingen inpakken – grappig wat je allemaal thuis laat als je weinig plek hebt – om vervolgens al voor negen uur weg te ronken. Het weer was zonnig en warm en op de verzamelplaats werden we begroet door onze enthousiaste bikervrienden.

Via een prachtige route volgden we Bob steeds dieper België in. Dan was het Nederlands-, dan Duits-, erna Franstalig. Wat een culturele diversiteit in dat kleine land. De koffiestop liet niet zo heel lang op zich wachten en we konden meteen plaatsnemen op het terras. Vier heerlijke vlaaien lonkten naar ons; dit lonken duurde niet zo heel lang: toen waren ze verorberd. Verder weer door een heuvelachtig landschap. Ik voelde me, als Limburgse, bijzonder thuis en genoot met volle teugen.


Toen de Garmin GPS ‘lunchstop’ aangaf, volgden we onze Road Captain over een smal weggetje naar een zonovergoten terras. Het was goed om even je benen te kunnen strekken en wat rond te lopen. De bestelling moest binnen worden doorgegeven, dan betalen en vervolgens kreeg je een nummer en alvast het drinken. Een dik half uur later volgde de eerste gil ‘numero un, ou est numero un?’. Nou, dat waren Vman en ik dus. De omelet met ham en kaas was smeuïg en zacht, het stokbrood vers, de salade fris, heerlijk. Weer duurde het 10 minuten voordat nummer 2 werd omgeroepen. En zo hadden we nog een hele reeks te gaan. Balorig wilden we opnieuw bestellen voor het geval we alweer hongerig waren als de laatste bediend was. Toch maar niet gedaan.

Na deze zeer ruime tussenstop kwamen we pas erg laat bij de site locatie La Rochette aan. Motor parkeren en naar de registratiestand in de brandende zon. Mijn broek kleefde inmiddels aan mijn benen vast. Onze reservering was in orde en een uur later stond een wirwar van kleine tentjes op een mooie plek op de camping. Uit die plakbroek, aan luchtige spijkerbroek en vlug op pad naar wat voedsel en veel voornamer: drinken! Het blikje Bacardi cola dat White Lady met me deelde smaakte goddelijk, maar was alleen genoeg om een piepklein beetje van de enorme dorst te lessen. Kwijlend van het prachtige bike-schouwspel vonden we een plekje op een overdekt terras. Koele pinten voor de heren, grote glazen icetea voor de dames. En toen nog eentje! Een uur later volgde het eten, maar we waren inmiddels ver over onze honger heen om 22 uur ’s avonds.


In de feesttent speelde een rockband – hey dat rijmt – en het publiek stroomde de dansvloer op. We mochten menige danceact aanschouwen en een overenthousiasteling stortte zich over een bank en ging met tafel, bank en al languit. Natuurlijk legde Vman dit moment vast op de gevoelige plaat. Rond twee uur in het donker voorzichtig de weg terug naar de tent gezocht en naar (lucht)bed, maar niet voordat we met z’n allen nog wat dronken bij de tenten. Luide muziek, lachende mensen, onnavolgbare discussies, een te hard opgepompt luchtbed en diverse snurkers hielden mij uit mijn slaap, zodat ik om half zes alweer ronddwaalde over de camping. Wat maken die vogels een herrie zeg! Maar het was wel knus in ons tentje.

De douches – zeer schoon en luxe sanitair trouwens – brachten weer wat leven in de wandelende brouwerijen en spoelden de overtollige alcoholdampen weg die zaterdagochtend. Ik was blij dat ik het had gehouden bij een glas rode wijn. Uitdroging en oververmoeidheid gecombineerd met alcohol is funest. Vman voelde zich helemaal niet lekker en verruilde de lange ontbijtrij weer voor zijn slaapplek. Met Daan en Annie verder gelopen en jawel hoor: spek en ei, hoera! Er was een overvloed aan eten dat al snel verdween in de gretige magen van de stoere mannen en vrouwen. Toch maar een paar broodjes met kaas en een flesje sportdrank meegenomen naar de zieke. Hiervan knapte hij zover op dat we zelfs nog op de motor konden kruipen om een ritje te maken. Deze opleving duurde helaas niet al te lang en na wat geslenter over een in de zon bradende braderie lagen we een uurtje later op onze luchtbedden in de schaduw. Dat doet een mens goed.

Toen was het hoog tijd voor een kijkje bij de kramen op de site. Smullen van ringen, kettingen, T-shirts, leren kleding, gekke gadgets, indianen hoofdtooien, noem maar op. De rij voor de barbecue groeide gestaag en we vreesden voor de vleesvoorraad.  Terug naar de tent dus om de tegoedbonnen op te halen en een uurtje later gingen wij op weg naar de barbecue… waar we vrienden van ons aantroffen die in dat uur maar 10 meter verder naar voren waren geschoven in de wel 40 meter lange rij! En om twee uren te gaan staan wachten ging me te ver, of juist niet ver genoeg. Met het oog op een eventuele instorting halverwege, baanden wij ons een weg naar de frietkraam met patat en een kipcorn als prooi.

‘Hey, zullen we nog een stukje gaan wandelen?’, vroeg Vman mij. Daar was ik natuurlijk wel voor in, want ik ben een natuurlijk mens. We stortten ons de bossen in, met een noodgang mag ik wel zeggen want het ging steil bergafwaarts. Vele treden, schuine paadjes, boomwortels, ontbrekende traponderdelen en gepuf verder belandden wij in het stadje zelf. Verder naar het centrum lopen, steeds verder naar ANP toe… de schrik sloeg mij om het hart bij de gedachte aan de terugweg. ‘Hey’, zei mijn biker-hubby weer, ‘ik zou toch heel graag die kasteelruïnes daarboven bekijken Marion.’ Ik staarde hem aan: pittige klim naar boven aan de andere kant, dan terug naar het centrum, om vervolgens de tocht in een helling van circa 45 graden weer naar de camping te maken?! Aangezien ik niet wist of 112 wel zou werken in Luxemburg, heb ik hem dat plan liefjes afgeraden. Al had ik ook dolgraag die ruïnes bekeken, gewoonweg schitterend!

In plaats daarvan bekeken wij op een bankje de mensen, de bikers, de bikes, een vreemde man die met houterige en onverwachte bewegingen voor de gesloten kerkdeur ging staan bidden, kinderen die de grootste lol hadden, gewoon door buiten te rennen en te hinkelen. En stiekem verzamelde ik genoeg energie voor de klim terug naar boven. Jammer genoeg had ik wel een duim maar geen helm, dus achterop springen bij een passerende biker was geen optie. Huppetee, hand-in-hand weer bergopwaarts, benen van lood. Het moge duidelijk zijn dat mijn conditie ver te zoeken is, zelfs in Luxemburg vond ik ‘m niet. Toen wij het donkere bos weer betraden ging mijn kin omhoog. Hup Mar, gewoon doen – rotreclame – en daar gingen we. Vman voorop met mijn tas en ik als een hinde achter hem aan. De eerste 10 treden dan hè, daarna veranderde ik in een oude bok. Maar we hebben het gehaald! En ik was maar een beetje benauwd. Dat hadden we toch maar mooi gefikst.

Als beloning mocht ik van mezelf een hangertje met een witch erop kopen en dat sieraad zal mij altijd herinneren aan een schitterend weekend. Daarnaast prijkt aan mijn vinger een ring met een elfje. Biker én fantasy gek die ik ben.

’s Avonds speelde alweer een gave band en we zaten in het gezel-lige-schap van Daan & Annie en een aantal Belgische HOG-leden. Hilariteit alom. Na twee rode wijntjes kon ik dan eindelijk een paar uur slapen, tot een uitgelaten gezelschap weer in de tentjes naast ons arriveerde. Het was na drieën en ik was wakker. Maar weer een sanitaire stop en verder slapen tot 7 uur. We wilden namelijk vóór de parade al van de camping af zijn om de reis naar huis te aanvaarden.

Na een hete douche, ontbijt en inpaksessie was alles weer op de motor vastgesjord en kusten we de andere chapterleden ten afscheid. Zij vertrokken later. Daan baande zich met zijn sirene een pad over de campingpaadjes. Onder zijn leiding bromden we naar St. Vith, maakten nog een tussenstop voor koffie en thee en zetten toen via de snelweg koers naar Geel. Wat hebben ze daar smaakvolle familiepizza’s zeg. Om je vingers bij af te likken. De regen viel intussen trouwens mals uit de zwaar bewolkte hemel. Geen nood, gewoon wachten tot het ophield. Droog bereikten we zondag middag weer Vman’s huis. Een weekend met een zon en een sterretje!