Geplaatst in Gezondheid, Humor

Spieren

Er liggen twee enveloppen op mijn bureau: een oproep van de huisarts voor een griepprik en eentje voor een corona vaccinatie. Ik besluit de eerste te negeren en maak een afspraak voor de tweede.

Rond het middaguur wandel ik op mijn gemak langs de Bredase wegen. Zon en schaduw overspoelen de bebladerde trottoirs en ik snuif de herfstlucht diep in mijn longen. Te snel naar mijn zin spot ik de gele hesjes. De verkeersregelaars hebben maar weinig te doen en behulpzaam wijzen ze me de ingang. Het mondkapjesgebod laat zich weer gelden. Hoe ging dat ook alweer? Touwtjes een halve slag draaien en om je oren haken.

Quasi-beschermd door deze papieren barrière loop ik door naar de balie, waar een jonge man het door mij ingevulde formulier bestudeert.
‘Heb je wel eens een anify… een anafa…’ Hij wendt zich hulpzoekend naar een collega, die ‘anafylactisch’ prevelt. Ik schud mijn hoofd. Gelukkig hebben mijn allergieën me nog nooit in een shock doen belanden.

De dranghekken laten een verlaten route zien, en via een gesprekje met een arts mag ik doorlopen naar de stoel bij de prikcabines. Nog voordat ik de lees-app kan starten wordt me gevraagd of ik mee wil komen. Maar natuurlijk! Spijkerjasje uit en linkermouw verder omhoog stropen. De verpleegkundige babbelt ontspannen en voor ik het besef trekt hij de naald alweer uit mijn arm. Op naar de volgende halte: de 15 minuten stoel. Ik cirkel wat met mijn arm en beantwoord Wordfeud-uitdagingen. Heerlijk, zo’n kwartiertje verplicht stilzitten!

De route terug loopt langs achteraf gangetjes en portalen naar een brede deur die zich magisch opent. Daar is de zon weer, de wind. Snel trek ik het masker van mijn gezicht en zwaai naar de vrouwelijke verkeersregelaar. Nog steeds is het rustig bij deze GGD-locatie. Haar collega spreekt me aan.
‘En, is het gelukt?’
De man wil zich alweer omdraaien als hij ziet hoe ik spijtig mijn hoofd schud.
’Nee? Wat is er gebeurd?’ Zijn stem klinkt gealarmeerd.
‘Tja, mijn spieren zijn te hard,’ flap ik eruit, ‘de naald wilde er niet in.’
Tot mijn verbazing spert de man zijn ogen wijd open.
‘Oh, en nu dan?’ vraagt hij ongerust.
Hij is bloedserieus! Hoe dan?
Ik lach en geef hem een naar ik hoop geruststellend schouderklopje. ‘Nee joh, het was maar een geintje!’

Met een brede grijns en actief zwaaiende armen loop ik terug naar Avans. Nodig of overbodig, vaccinatie 4 is een feit.

Geplaatst in Doldriest briest

Survival

22-02-2022, een unieke combinatie van getallen. Een datum die grote veranderingen in petto had. Het palindroom dat het begin had kunnen zijn van een nieuwe era. En met ‘nieuw’ bedoel ik ook nieuw. Een ommekeer, niet alleen van getallen, maar ook van onze samenleving. Een nieuw tijdperk met nieuwe hoop, nieuwe energie, meer saamhorigheid en een mondiaal bewustzijn. In plaats daarvan is een oeroud script uit een stoffige la opgediept; alleen de kaft is nieuw.

COVID dat zich gewonnen lijkt te geven. Het wereldwijde gevecht tegen de pandemie en de wedloop om een vaccin te vinden. Alles is ingezet om het leed in te dammen. En wat doen we? We gaan het uitbundig vieren. Met zijn allen in een alcoholroes zweterig tegen elkaar aan hossen, zingen en dansen, opgelucht dat het virus overwonnen is. De restricties worden net op tijd opgeheven voor carnaval. We willen feesten zonder terughoudingen, van het leven genieten zonder afstand. Hopelijk is het inderdaad ‘op tijd’ en blijven akelige gevolgen uit. Ik hoop met heel mijn hart dat feestvierders uitbundig samen lol kunnen hebben, ook in de dagen en weken erna, en dat zij gezond blijven. Hopelijk komt carnaval niet te vroeg. Want het ging zo goed.

Nu corona zich iets rustiger houdt, steekt een ander viRUS de kop op en snuffelt aan de politieke flexibiliteit. Rusland valt Oekraïne binnen. Niet met COVID, maar wel met een andere mutatie. Mijn hart knijpt samen voor alle onschuldige burgers, aan beide zijden. Voor soldaten die de keuze hebben tussen vechten of gedood worden. En aan de kop een machtswellusteling die genoeg heeft. Hij heeft schoon genoeg van rustig binnen zijn eigen grenzen blijven – grenzen die toch groot genoeg zijn denk ik zo. Maar hij wil meer, hij zoekt zijn grenzen op. Vroeger noemden we het ‘landjepik’. Landverovertje was een spel dat werd gespeeld met een stuk grond en een mes. Het spel van Poetin wordt ‘gespeeld’ met veel meer grond, raketten en tanks, met verwoestend bruut geweld.

Mijn hart wordt op afstand verscheurd, hier in dit veilige Nederland, ons dorp, mijn warme huisje. Ik ben mijn houvast kwijt in deze steeds gekker wordende wereld die in een laatste stuiptrekking verkrampt. Verlamd houd ik me vast aan Indian Summer. Aan haar warme vacht en sterke spieren, haar trouw en geduld, aan haar energie. Haar hoeven die geruststellend en solide op de aarde landen.

En de titel van deze post? Die is samengesteld uit allerlei steekwoorden die vandaag in mijn hoofd klauwen en zich daar vasthaken: virus, rus, carnaval.

Fijn weekend, lieve mensen. Carpe diem.

Geplaatst in Gezondheid

Brandend goed

De verzwakte indringer hapt en klauwt
verleidt en daagt uit,
probeert te ontsnappen uit
het minuscule gaatje
dat de strijd heeft bezegeld
tussen virus en afweer,
voor de tweede keer.
Mijn benen lui uitgestrekt,
linkerarm beurs van het knokken.
Twee injecties met een brandend goedje
— of is het een slechtje —
in gevecht met een bolletje stekels
dat de naam van een biertje
voorgoed heeft verziekt.
Wil ik nog terug naar handen schudden,
drie keer kussen
of blijft het bij een knuffel…
De laatste optie wint
met afstand
van anderhalve meter.

Geplaatst in Zeswoordverhalen

Samen

Mijn zeswoordverhalen over SAMEN in beeld:


STRAKS, DIE EERSTE OMHELZING…

EEN CADEAUTJE!


Doe je ook mee met de 6 WOORDEN 1 BEELD uitdaging van Melodyk? Of wil je de andere verhalen lezen? Klik dan gauw op de button hieronder!

Geplaatst in Doldriest briest, Persoonlijk

Ik dacht ooit dat ik dapper was

Vroeger dacht ik dat ik niet bang was, zelfs misschien wel een heel klein beetje dapper. Niet groots dapper. Niet zo dapper dat ik vooruit stap als er gevaar dreigt, maar gewoon een beetje dapper. Ik wijk niet snel terug. Neem het op voor anderen. Klim op een paard en achterop een motor. Schrik niet terug voor een confrontatie op mijn werk en neem geen blad voor de mond.

Helaas heb ik hoogtevrees, gecombineerd met claustrofobie. Vraag me dus niet een kleine grot in te gaan op grote hoogte. Al ging ik onlangs Underground in de Mergelgroeves van Maastricht, bracht ik een bezoek aan de steenkoolmijn in Valkenburg, en nam de trein onder het Kanaal door naar Londen. Ooit liep ik op 25 meter hoogte over een aquaduct in Portugal, met slechts een kniehoog muurtje aan één kant. Stond ik oog in oog met een grote Afrikaanse olifant die op me af kwam. Maar ik bleef staan en rende niet weg. Het was ook niet in de jungle van Afrika, maar in de Beekse Bergen, waar ik met een verzorger op pad was.

Victor is wel dapper. Die gaat parachute springen en wil bungeejumpen. Dat laatste vind ik niet zo’n goed idee trouwens, dus dat heeft hij tot nu toe achterwege gelaten. V-man stapt doodgemoedereerd in een vliegtuig, of in een kleine helikopter die meer van een libelle wegheeft. Gaat in zijn eentje op pad in wereldsteden. Rijdt een stoere Harley. Hij blijft rustig en aanvaardt situaties zoals ze zich voordoen. Ik heb grote bewondering voor hem. Als ik zenuwachtig loopt te stressen, is hij mijn rots in de branding.

Maar als het aankomt op dieren, dan sta ik voorop. Hoe groot je ook bent, als je een dier pijn doet, dan ben je de mijne. Op straat loop ik overal op af of doorheen. Als ik ’s nachts iets hoor, ben ik degene die naar beneden gaat om te kijken wat er aan de hand is. Je ziet, niet echt dapper, maar wel een beetje. In ieder geval niet minder dan gemiddeld, dacht ik.

Tot het coronavirus om de hoek kwam zeilen. Onzichtbaar, ontastbaar, onvoelbaar. Zoveel mogelijk binnen blijven, zei Rutte. En, hoe dwars ik normaal word van bevelen, bleef ik gehoorzaam thuis. Gelukkig heb ik het voorrecht dat ik een baan heb die ik prima in mijn eigen huis kan uitvoeren. Afstand houden, zei Rutte. En dat deed ik. Slechts één keer per week naar de winkel, waar ik dolde met die oergezellige en vrolijke Lidl-medewerker, die zorgvuldig de handvatten van mijn boodschappenwagentje schoonmaakte, mij desinfecterende doekjes aanreikte, én pure chocolade-paaseitjes. Waar we geinden dat ik nog net op het randje de winkel in kon: er mochten nog maar 54 naar binnen. Boodschappen doen werd een uitje. Wandelen alleen heel vroeg in de ochtend, in verlaten straten. Ochtendmist en zon gaven mij kracht om door de vele beeldschermuren heen te komen.

Zelfs Victor mocht niet komen, eerst vanwege mijn eigen vage en wisselende verkoudheidsklachten, daarna vanwege zijn kuchje en zijn werkbezoeken. Vorig weekend is hij komen eten, buiten, veilig aan de andere kant van de tafel. Mijn vriend noemt me lichtelijk paranoïde, en daar heeft hij gelijk in. Ik ben bang. Bang om die slopende ziekte te krijgen, bang om anderen aan te steken. Bang dat mijn geliefden en vrienden ziek worden. Bang voor dit virus, dat zielloos van de een op de ander springt. Bang voor deze onbekende verborgen kwade macht die mondiaal huishoudt zonder onderscheid.

Met ontzag zie ik op TV hoe de zorg boven zichzelf uitstijgt en mensenlevens redt én onder onmenselijke omstandigheden mensenlevens moet laten gaan. Onvermoeibaar zijn ze, hoewel dodelijk vermoeid. De politie en brandweer. Ik zie hoe chauffeurs dag en onderhand nacht pakketten en voedsel bezorgen, medicijnen. De mensen in winkels die doorwerken zodat de economie niet instort. De vuilnismannen die onze troep opruimen. En ik zit binnen.

Het is lente, net als de voorgaande jaren. Maar mijn zelfbeeld is veranderd, en niet ten goede. Reflecterend kan ik zeggen dat ik niet dapper ben. Vanuit de veiligheid van mijn huis uitzien over de ontregelde wereld is niet dapper. Het coronavirus toont nu de echte helden. Diep, diep respect voor jullie allemaal.

Geplaatst in Fotogedicht

Focus

200321haiku

.

onwetend virus

verandert focus mensheid

hond wacht geduldig

.


Doldriest fotografie fotogedicht

 

Ieder weekend schrijf ik een fotogedicht. Dit mag natuurlijk ook een Japans gedicht zijn.

Doe je mee?

Geplaatst in Poëzie

Tortelen


De tortelduifjes tortelen
voelen dat de lente komen gaat
en dan lijkt het heel even
alsof corona niet bestaat.

Geplaatst in Zeswoordverhalen

In quarantaine

Mijn verhaal over ISOLATIE in zes woorden:


 

Ze zwaaide naar klasgenoten,

vanachter glas.

 

200311glas

Voor Jasmijn (12)


Doldriest fotografie 6WMB
<< Wil je ook de andere zeswoordverhalen lezen en/of meedoen? Klik op de button hiernaast! En kijk hier voor het archief van de 6WMB schrijfuitdagingen. 😀