Geplaatst in Persoonlijk, Poëzie

Lief kind

~

ach

lief kind

blondgelokt

met gulle lach

die straalde

in jouw ogen

nu uitgedoofd

verdoofd

zijn wij

op zoek

naar jou

onvindbaar

maar overal

zingt je stem

je leeft

in ons

altijd

~

Wieteke

Voor Wieteke, lieve dochter van een collega, die slechts tien jaar mocht worden.

Geplaatst in Avans, Columns, Humor

De Stagiair

Het is vreselijk druk. Stapels te archiveren stukken liggen in de weg, cijfers moeten worden ingevoerd. Open dagen, ouderavonden, toetsen, intakes. De druk neemt nog verder toe en we zitten met de handen in het haar. Dan ineens de oplossing: een stagiair! Die kan vast dingen van ons leren en ervaring opdoen, en op zijn/haar beurt ons ook helpen. Een win-win situatie! Afgezien van de inwerk- en begeleidingsuren natuurlijk, maar dat kost alleen in het begin wat tijd, daarna wel mooi maandenlang plezier van elkaar.

We nemen contact op met een school die stageplekken op administratief gebied zoekt en al snel komt iemand solliciteren. De stagiair is een jonge vent, vriendelijk, beleefd en erg bedeesd. Maar dat bedeesde schudden we wel los. Alle partijen gaan akkoord met de stage op woensdag, donderdag en vrijdag.

Week 1

Daar is hij dan, onze redder in nood. Hij komt een beetje te laat, maar dat is nog onwennigheid. Eerst maar een kop koffie, een rondleiding door het gebouw en een voorstelronde langs de docenten. Rustig aan beginnen. Het inwerken gaat voorspoedig. Hij luistert vol aandacht, knikt en kijkt begrijpend. Maar maakt geen aantekeningen. De eerste dag vliegt voorbij.

De volgende dag komt hij weer te laat. We knijpen een oogje dicht, hij moet ook van ver komen. De stagiair start met zijn eerste klusje: papieren op alfabet leggen, een sorteermap als gereedschap. Iets dat binnen een half uur klaar kan zijn, duurt echter uren en de stapel slinkt maar langzaam. Herhaaldelijk checken we of hij begrijpt wat hij moet doen en kijken mee, maar het tempo blijft laag.

Op vrijdag blijft zijn plek akelig leeg. We horen via onze adjunct dat de stagiair naar het ziekenhuis is.

Week 2

Geen inwerken nodig: onze stagiair blijft thuis met een verkoudheid.

Week 3

Het is woensdag en het werk van de stagiair bestaat dit keer uit het archiveren van werkstukken. En om er zeker van te zijn dat hij het goed doet, leest hij ieder werkstuk aandachtig door. Een leergierige jongen blijkbaar, maar niet vooruit te branden. Hij hoest en snuit zijn neus. ‘s Middags werkt hij zijn eigen schooladministratie bij en speelt wat met zijn mobiele telefoon. We informeren of hij het wel leuk vindt en of hij de werkzaamheden begrijpt. Ja hoor, gaat prima.

Donderdag krijg ik een sms dat hij weer naar de dokter gaat en dat hij er om kwart voor tien zal zijn. Twee uren later zal hij bedoelen, want het loopt al tegen twaalven als hij eindelijk binnenkomt. En die vrijdag is het elf uur als hij bedaard achter het bureau plaatsneemt. Verontwaardigd vertel ik hem dat ik hem om half negen verwacht en niet om elf uur. Met een vage handbeweging wijst hij naar buiten en mompelt iets over bussen, gladheid en sneeuw. De wegen zijn brandschoon.

Onzin, er ligt geen sneeuw meer op de wegen. En waarom reageerde je niet op mijn sms?

Ik zet mijn mobiel altijd uit in de bus.

Mijn neus, dat ding zit vastgeplakt aan zijn hand! Ik zeg hem dat het zo niet langer gaat en dat we hem voortaan stipt op tijd verwachten.

Week 4

Dit keer belt zijn broer op om te vertellen dat onze stagiair ziek is; het geplande evaluatiegesprek met de stagebegeleider kan niet doorgaan. Hij heeft deze week één dag ‘gewerkt’. Eigen initiatief is er niet bij, alles moet letterlijk voorgekauwd worden – en dan ook nog meerdere malen. Mijn collega pakt hem ook nog eens aan.

Week 5

Wederom geen stagiair op woensdag. Maar wie verschijnt er donderdag, de dag van het evaluatiegesprek? En maar een kwartier te laat? Juist ja, je raadt het al. Toch nemen we afscheid: hij hoeft niet meer terug te komen.

Maar het waren twee fantastische dagen!

De stagebegeleider vindt het vreselijk dat de eerste kandidaat het zo heeft laten afweten en vraagt om een herkansing. Zij kunnen wel degelijk prima stagiaires leveren! Kandidaat nummer twee zal veel beter zijn, vlot en betrouwbaar. We zijn benieuwd.

Om 12 uur wordt de nieuwe kandidaat verwacht. Het is een vrouw dit keer. De receptie zit klaar om haar op te vangen en een collega neemt voor mij waar zodat ik bij het sollicitatiegesprek aanwezig kan zijn. Mijn vragen zijn gericht op assertiviteit, stiptheid en pro-activiteit. De klok tikt.

Het is 12.00 uur…
Het is 12.05 uur…
Het is 12.10 uur…

Ik bel de receptie even om te vragen of ik misschien hun telefoontje heb gemist, maar nee.

Het is 12.15 uur…

en ik houd het niet meer uit. Ik ga bellen! Rechtstreeks naar de potentiële stagiaire. Een slaperige stem geeft antwoord als ik zeg:

Dag, je spreekt met Marion Driessen van Avans Hogeschool. We wachten al een kwartier op jou voor je sollicitatiegesprek. Mag ik vragen waar je blijft?

De andere kant reageert verbaasd en schor met:

Oh, heb ik dat dan niet doorgegeven?

Wat heb je doorgegeven?

De week voor de carnaval? Ik heb mijn e-mail niet meer bekeken.

Waar heb je het over?

Eh, ik ben ziek. O ja, ik heb trouwens al een andere stageplek gevonden.



Ik vind mijn stem weer terug en hang op. Met stomheid geslagen staar ik naar de hoorn. Beter, vlotter en betrouwbaarder?

Of er ooit nog een stagiaire komt, is op dit moment niet bekend.

Maar het waren twee fantastische minuten!

Geplaatst in Columns, Cultuur, Gezondheid

Comazuipen

Lang, lang geleden, toen ik nog piepjong was, was alcohol hoofdzakelijk iets voor (jong) volwassenen. Mijn oma nam wel eens een advocaatje, met slagroom. Of een glaasje wijn. Mannen dronken bier, cognac, jenever of whisky. Onderin de kast van mijn ouders stonden flessen met alcoholische dranken – die daar trouwens nog steeds staan. Stiekem proeven bracht niet veel plezier: het spul was veel te sterk. Toen ik ging stappen, dronk de groep waarmee ik uit ging wel eens Ballantines, maar dat was toch wel uitzonderlijk. Tegenwoordig is het drinken van sterke drank veel normaler. Vooral mix-drankjes zijn erg populair. De jeugd gaat eerst indrinken bij iemand thuis, en dan blijft het niet bij een biertje.

Drinken is iets dat door de eeuwen heen gebeurde. Bij de Grieken begon een drinkgelag na een feestmaal. Zo’n drinkgelag was een samenkomst van meerdere personen, die gepaard ging met een grote of overmatige alcoholconsumptie. Wie de meeste (aangelengde) wijn dronk en wakker bleef, won een taart. Hierbij waren trouwens alleen mannen aanwezig. De Romeinen namen dit gebruik over, maar voegden er vrouwen aan toe. Perzen waren al helemaal jolige mensen: zij vergaderden twee keer over een besluit: één maal dronken en één maal nuchter! De in dronkenschap genomen besluiten konden in nuchtere toestand worden herzien. In het Germaanse Walhalla dronken de goden trouwens ook stevig door. En ook in de Middeleeuwen daagde men elkaar uit om geheel beschonken onder de tafel te belanden. Je mocht blij zijn als je deze wedstrijden overleefde.

Drankmisbruik is dus blijkbaar niets nieuws. Er bestaan verschillende vormen van excessieve alcoholconsumptie. Zo zijn daar bijvoorbeeld de flatrate-parties, waar een drankje niet veel of zelfs helemaal niets kost, maar waar de entree duur is. Of de bekende drankspelletjes, waarbij de verliezer (of de winnaar) een glas achterover moet slaan, soms in één keer. Wat wel redelijk nieuw is, is het comazuipen onder jongeren, meiden en jongens eender. We hebben het hier over kinderen tussen de 12 en 17 jaar! Ze drinken wodka, tequila en whisky, breezers en shotjes – vaak door elkaar – tot ze er letterlijk bij omvallen.

Bewusteloosheid door drankmisbruik. Een avondje stappen dat eindigt in het ziekenhuis. In 2012 loopt het aantal jeugdigen met alcoholvergiftiging dat behandeld wordt door een kinderarts tegen de duizend. In werkelijkheid zijn er waarschijnlijk nog meer comazuipers. En het aantal is stijgende. Ze zijn gemiddeld drie uren buiten bewustzijn, sommigen twee volle dagen. De jongste comazuiper in Nederland was pas 10 jaar…

Tieners die laveloos en compleet van de wereld op de grond liggen, draden speeksel en braaksel langs hun kin. Hoe lang het woord comazuipen bestaat weet ik niet, noch wanneer het fenomeen voor het eerst opdook, maar deze manier van drinken raakt kant noch wal. Je vol laten lopen binnen een zeer korte tijd om stoer te doen, terwijl je lichaam dit niet aan kan. Wedstrijdjes houden. Ik vind het afschuwelijk. Ze genieten er niet eens van, zijn zo ziek als een hond. Als een ambulance moet komen omdat je geen maat weet te houden, waar ben je dan mee bezig?! Ambulances zijn voor mensen in levensgevaar. Voor ongelukken en aandoeningen. Niet voor jongeren die zich laveloos vol laten lopen en niet meer weten dat ze op de wereld zijn.

Nog heel even en dan barst het carnaval los in de zuidelijke helft van Nederland. Hossen en lachen op muziek en drank. Voor de liefhebbers is het één groot gezellig feest. Laten we het vooral zo houden en onze jeugd niet laten verdrinken in een poel van bier en shotjes. Want het wordt veel te koud voor drenkelingen.

Geplaatst in Doldriest briest

Goedenavond!

 

Een tentamenweek vol sneeuw en ijs. Aangepaste regelingen voor het openbaar vervoer en de langste files ooit. Het is donderdagavond acht uur.

Receptie:

Hoi Marion, weet jij toevallig wanneer de toetsweken gepland zijn bij Avans?

Bij de Pabo?

Nee, bij een andere academie.

Oh, ik weet alleen de algemene weken. Maar geef het telefoontje maar door.

Bedankt, meis.

Studente:

Hallo, spreek ik nu met mijn eigen academie?

Nee, je spreekt met de Pabo.

Weet u misschien wanneer we tentamens hebben in periode 4?

Ik weet alleen de algemene weken, zoals die Avans-breed zijn vastgesteld. Ik kan dus niet met zekerheid zeggen dat dit bij jouw academie ook zo is. Waarom wil je dit nu weten?

Omdat ik vanavond een reis naar Sri Lanka moet boeken.

Oh, ga je op vakantie?

Nee, ik ga naar de bruiloft van mijn zus.

Dat is leuk voor je, wanneer is die dan?

In de week van 17 juni.

Hmmm, even zien, dat is bij de Pabo lesweek 9, de week van de schriftelijke toetsen. En ik vermoed dat het bij jullie ook zo is.

Kunt u dat niet voor me nagaan?

Natuurlijk niet, ik werk toch niet voor jouw academie? Iedere academie heeft haar eigen regels.

Weet u of daar nog iemand is?

Geen idee, dat denk ik niet, het is al na achten!

Kunt u het toch proberen?

Is goed, geef maar een telefoonnummer, of een naam, dan zoek ik het nummer erbij.

Die heb ik niet, ik ben eerstejaars en zit nog maar pas op de opleiding.

Dit is het einde van periode 2, je weet na vier maanden toch wel de naam van iemand bij het academiebureau?

Nee, eigenlijk niet.

Oké, ik zoek wel voor je.

Ik kijk in de online telefoongids en speur de vele namen af naar de juiste functie.

Nee, ik heb drie namen geprobeerd, maar hun toestellen zijn allemaal buiten dienst.

Ja, maar ik MOET vanavond het vliegtuig boeken, anders is het echt te laat.

Zal ik even naar boven lopen om te kijken of er misschien nog iemand zit dan?

Als u dat wilt doen, heel erg graag!

De trappen op…

Boven zat maar één iemand, en die raadt jou aan een e-mail te sturen aan het directiesecretariaat. Dit is het adres.

Ja maar, kan die mij dan niet vertellen of ik dan met vakantie kan?

Nee, die medewerker zit hard te werken, net als ik hier probeer te doen.

Oh, dan stuur ik maar een e-mail. Mevrouw?

Ja?

Maar gaat het directiesecretariaat mijn e-mail vanavond dan nog wel beantwoorden?

Ik ga er bijna Limburgs van praten.

Jij belt op de avond dat je wilt boeken laat op over een vakantie in een reguliere les- en toetsweek van Avans, en je verwacht dan ook nog dat mensen van de academie ‘s avonds hun berichten checken om jou direct te beantwoorden? Dat is toch wel heel onrealistisch, vind je zelf ook niet?

Ja, mevrouw.

Goedenavond!

Vermoeid rijd ik tegen tien uur naar huis, naar mijn veilige, rustig haven. Bij binnenkomst zoon nummer 1:

Hallo mam.

Hoi.

Waarom zo kortaf?

Ik heb je één ding gevraagd om te doen vandaag, en zelfs dat heb je niet gedaan?

Eeeeeh, wat voor ding?

Doe niet zo onnozel.

Oh, je bedoelt de sneeuw van het tuinpad vegen?

Ja.

Waarom zou ik dat doen, dat slaat echt nergens op.

Je hoeft ook niet te slaan, je moest vegen.

Ja, maar daar heeft toch niemand last van, die sneeuw kan toch gewoon blijven liggen?

Nee, je maakt morgen het tuinpad sneeuwvrij.

Maar waarom dan?

Omdat ik het zeg!

Dat pad schoon vegen heeft toch helemaal geen nut?

Geen discussie, je doet het gewoon. En ruim je kamer op.

Ik zou maar antwoord geven als ik jou was.

Oh ja, waarom?

Omdat jij anders morgen geen PC meer hebt. En ik wil geen zwijnenstal in mijn huis. Morgen het pad en je kamer.

Goedenavond!

Op naar zoon nummer 2. Glinsterende ogen begroeten me vanuit zijn bed.

Zoon, er staat een fiets in de woonkamer.

Weet ik, mam, er ligt toch een briefje op?

2013-01-18 07.21.51

Die opmerking negeer ik.

Een fiets in de woonkamer!

Ja, want mijn remmen waren bevroren.

Er staat een vieze FIETS in de woonkamer!

Anders knijp ik de bevroren remmen kapot. En ik heb mijn fiets nodig voor mijn werk.

Die fiets staat morgen niet meer in de woonkamer!

Nee, klopt, want dan ben ik aan het werk. Op die fiets.

Morgenavond na je werk staat die fiets ook niet meer in de woonkamer.

Mam, niet zo hard, ik ben op TeamSpeak, ze kunnen je horen.

Opvoedkundig geheel onverantwoord gil ik

Dat zal me een zorg zijn. DIE. FIETS. STAAT. MORGEN. NIET. MEER. IN. DE. WOONKAMER!

Mam?

Ja?

Ben je moe, mam?

Ja, kapot. Heb ook veel te lang gewerkt deze week. Hoezo?

Dat is wel te zien zeg, je ziet er echt ontzettend moe uit.

Ik doe mijn mond open om nog over de fiets te beginnen maar…

Ga nou maar gewoon naar bed, mam, lekker slapen.

Goedenavond!

2013-01-19 00.01.58

PS. de dag erna was de fiets uit de woonkamer verdwenen, en ook het tuinpad was schoon. De kamer, tja, da’s een ander verhaal 😉

Geplaatst in Columns, Compassie, Expressief, Foto

Vertrouwen

 Het is druk in de kroeg. Met ervaren hand zet de ober een bord, gevuld met een dikke dampende stew, voor de man neer. Een mandje met brood en boter staat ernaast. Zijn vrouw kijkt naar haar dubbele hamburger en dikke frieten. ‘Chips’ worden die hier genoemd. De Guinness verdwijnt als sneeuw voor de zon, cheers! Het is lunchtijd in Dublin.

Aan de andere kant van het café zitten vier jonge mannen aan een tafel en bestuderen het menu. Wat de soep is, vraagt een van hen. Bouillon, antwoordt de gevatte ober, meestal gemaakt van vlees en groenten. De anderen lachen. Just kidding! De soep van de dag blijkt groentesoep te zijn.

Naast mij ligt een baby van een half jaar te slapen op de bank, als een roos, uitgeteld na de vermoeienissen van de ochtend. Hij is pas zes maanden, vertelt de trotse moeder, en mijn oudste is drie jaar. Het jongetje zit in de leren fauteuil tegenover ons en neemt kleine hapjes van zijn hamburger. Niet het broodje of de sla, alleen het vlees. Ik laat hem maar, zegt ze, hij is ook moe en dan eet hij in ieder geval iets. Ik knik begrijpend en lach naar het kind. Verlegen draait hij zijn hoofd om. Ze zijn net aangekomen vanuit Belfast, na drie uren reizen. De vrouw komt oorspronkelijk uit Londen en is voor haar werk naar Ierland verhuisd. Dublin is haar favoriete stad – na Belfast dan – en ze is hier al vaker geweest. Bij de buren worden de glazen nog eens bijgevuld. Ook wij laten het ons goed smaken.

De vrouw begint haar spullen bij elkaar te zoeken. Ze gaat weer verder, zegt ze, naar het hotel. De baby is inmiddels wakker en observeert met grote ogen de bedrijvigheid. Natuurlijk kan ik het niet laten om even gek te doen. Hij lacht zoals alleen baby’s kunnen lachen, uitbundig en helemaal blij. Vakkundig wordt hij door zijn moeder in een soort skipak gepropt, de armpjes onwillig, maar het lukt haar toch. Compleet dicht geritst wordt de kleine in de wandelwagen gezet. Die zal het straks niet koud hebben!

Wil jij even op hem passen, vraagt ze me, dan kan ik met de oudste even naar het toilet? Automatisch knik ik en zeg dat niemand bij haar kindje zal komen. Ze draait zich om en loopt weg, de trap af naar de damestoiletten, mij enigszins verwilderd achterlatend. Daar zit ik dan, met een baby. Zelfs haar tas hangt nog aan de buggy.

Tegenstrijdige gedachten flitsen door mijn hoofd. Het is een eer om even op dat kleintje te mogen passen. Maar ik ben ook perplex en verontwaardigd. Dat doe je toch niet, je kind alleen laten in een café? Wat is dat voor een onverantwoordelijke moeder? Stel je voor dat ik kwaad in de zin had. Ik zou mijn spullen kunnen pakken, de wandelwagen naar buiten rijden en weglopen met de baby. Wie laat nou toch zijn kind achter bij een wildvreemde?

DSC_3444

Dan ineens verandert de verontwaardiging over haar gedrag in beschaming over mijn eigen gedachten. Ben ik echt al zo gewend aan misdrijven uit het nieuws, dat kidnapping mogelijk lijkt, hier, in deze gezellige pub? En ik lach, verwonderd en trots op het vertrouwen dat deze vrouw mij schenkt. Haar verzoek was intuïtief en natuurlijk, moeders onder elkaar. Vijf minuten later komt ze terug en nemen we afscheid. Een vluchtige ontmoeting, die een diepe indruk op me achterlaat

Vertrouwen. Wat een mooie gedachte om het nieuwe jaar mee in te gaan.

Geplaatst in Doldriest briest, Nieuws

Geweldloos kerstfeest!

Er hangt een knusse sfeer op school. De kerstboom schittert in al zijn glorie, trots op de door de leerlingen gemaakte versieringen. Het ruikt naar dennentakken. Overal staan kerststukjes en de kerstster is ook al uit de hemel neergedaald. Aan het einde van de gang staat de deur van het klaslokaal een beetje open; een lied over vrede op aarde weerklinkt. Ze zijn uitgelaten, de zingende kinderen, hun wangen nog rood van de vrieskou tijdens het speelkwartier. Plots verschijnt er een gedaante in de deuropening. Hij heft zijn wapen en begint lukraak te schieten. In zijn ogen een fanatieke glans, alsof er een contact is doorgebrand. Chaos en paniek. De hel breekt los in Newtown, USA.

Twintig kinderen en zeven volwassenen schiet Adam Lanza dood, onder de slachtoffers zijn eigen moeder. Daarna pleegt hij zelfmoord. Maar daarmee houdt het niet op deze maand. In China valt een man nog meer kleintjes aan met een mes. In Oklahoma en Los Angeles worden aanslagen op scholen ternauwernood verijdeld. Vreselijke gebeurtenissen die levens verwoesten, zowel van de slachtoffers als van de nabestaanden. Maar ook van de kinderen en leerkrachten die het hebben overleefd. Dit staat op hun netvlies gebrand, is in hun geheugen vast gesmolten. En het lijkt steeds vaker te gebeuren.

Een overzicht:

  • 2012: Een schutter richt een bloedbad aan op een basisschool in de Amerikaanse plaats Newtown. Meldingen van het aantal doden lopen uiteen. Het motief van de dader is nog niet bekend.
  • 2012: Een moslimextremist schiet drie leerlingen en een leraar van een joodse school in het Zuid-Franse Toulouse dood. De dader blijkt eerder drie militairen te hebben vermoord. De politie belegert de woning van de schutter. Die komt uiteindelijk om het leven.
  • 2011: In de Braziliaanse stad Rio de Janeiro komen 13 mensen om door een schietpartij op een basisschool. De schutter pleegt daarna zelfmoord.
  • 2010: Een biologielerares in het Amerikaanse Huntsville schiet drie collega’s dood tijdens een personeelsvergadering. Ze had te horen gekregen dat haar aanstelling niet zou worden verlengd.
  • 2009: In zijn voormalige school in het Duitse Winnenden schiet een jongeman negen scholieren en drie docenten dood. Op zijn vlucht vermoordt hij nog eens drie mensen. Vervolgens slaat hij de hand aan zichzelf.
  • 2008: Op een school in het West-Finse Kauhajoki schiet een 22-jarige student negen medeleerlingen en een leraar dood, waarna hij de hand aan zichzelf slaat.
  • 2007: Acht doden, onder wie de directrice, bij een schietpartij op een school in het Finse Tuusula.
  • 2007: 33 doden (inclusief schutter) bij een schietpartij op de Virginia Tech University in het Amerikaanse Blacksburg.
  • 2006: Een vrachtwagenchauffeur richt een bloedbad aan in een schooltje van de Amish-geloofsgemeenschap in het district Lancaster van de Amerikaanse staat Pennsylvania. Er vallen vijf doden. De schutter pleegt zelfmoord.
  • 2005: In de Amerikaanse staat Minnesota schiet een leerling zeven andere scholieren dood voordat hij de hand aan zichzelf slaat. Kort daarvoor had hij al twee van zijn grootouders omgebracht.
  • 2002: Een bloedbad op een school in Erfurt in het oosten van Duitsland kost 18 mensen het leven. Onder hen is de dader, een oud-leerling die twee keer voor zijn examen was gezakt.
  • 1999: Scholieren richten op de middelbare school Columbine in de Amerikaanse plaats Littleton (Colorado) een bloedbad aan. Ze schieten 12 scholieren en een leraar dood. Daarna plegen ze zelfmoord.
  • 1998: Twee jongens (11 en 13) schieten vier scholieren en een leraar dood op de Westside Middle School in Jonesboro in de Amerikaanse staat Arkansas.
  • 1996: Een man dringt een school in het Schotse Dunblane binnen en schiet 16 leerlingen en een docent dood. Daarna slaat hij de hand aan zichzelf.

Bron: De Gelderlander

Waarom een school? Worden ze aangetrokken door de onschuld van die weerloze kleintjes? Of door jongeren die allemaal worstelen met dezelfde vragen en frustraties? Gebeuren er dingen op een school die zo ontzettend veel woede oproepen? Wat knapt er in zo’n knul, man of vrouw? Wat laat de stoppen doorslaan?

Verbied wapens, zegt men, je komt er ook veel te makkelijk aan! Nou, ik weet niet hoe het met jou zit, maar ik zou niet weten hoe ik aan een wapen moet komen. Schietspellen moeten ook verboden worden! Maar is dit werkelijk de oplossing? Moet er niet veel meer aandacht komen voor de geestelijke gezondheid en begeleiding van probleemgevallen? Helaas is er niet altijd een peil op te trekken: soms verandert een rustige, aardige knul in een nietsontziende moordenaar. In andere gevallen zijn de voortekenen er wel. Zijn deze mensen ziek? Of ‘gewoon’ gewelddadig?

Er is ook nog een andere vorm van geweld op scholen: niet zo zichtbaar maar ook dodelijk: pesten. Kinderen blijven thuis van school omdat ze gepest en vernederd worden, soms zo erg, dat ze geen andere uitweg zien dan zelfmoord plegen. Dit mogen wij niet laten gebeuren!

De huidige maatschappij is erg gericht op het individu – op ieder voor zich – en daardoor is de kans groot dat we signalen uit de omgeving missen. Zou het niet een prachtig voornemen zijn om hier meer op te gaan letten in 2013? Om mensen die in hun eentje worstelen – met zichzelf of met anderen – te steunen? Het is immers december. Een feestmaand, een maand van bezinning en introspectie. Van familie en samenzijn in harmonie. Een welkome tegenhanger van het geweld. Want hoewel de woorden op elkaar lijken, is geweld helemaal niet geweldig. Integendeel.

Ik wens jullie een vreedzame kerstvakantie en een mooie jaarwisseling toe. Tot in 2013!

DSC_3385

Geplaatst in Columns, Cultuur, Korte verhalen, Natuur, Nieuws

Het Maya 2012 fenomeen. Hype of…?

Helaas mensen, over twee weken gaan we eraan! De hele boel gaat naar de bliksem, en wel op 21 december, hooguit twee dagen later. We hebben ons lang genoeg hierop kunnen voorbereiden, want de Maya’s hebben dit al duizenden jaren geleden voorspeld! Tenminste, dat is wat je zóu kunnen afleiden uit hun oude inscripties. De laatste jaren is er een regelrechte hype ontstaan over december 2012.

De oude Maya kalender bestaat uit perioden van 394 jaren, de zogenaamde baktuns. De Maya’s stelden de schepping van de wereld op 13.0.0.0.0 (13 b’ak’tun, 0 k’atun, 0 tun, 0 winal, 0 dagen), 11 augustus 3114 voor Christus volgens onze jaartelling. Het getal 13 had een speciale betekenis voor dit oude volk, en de 13e b’ak’tun loopt af op 21 december 2012; dan staat de kalender weer op 13.0.0.0.0.

Betekent dit het einde van de wereld? De aarde, zon en maan zullen die dag op één lijn staan, waardoor het heelal een zwart gat zou kunnen vormen waarin de aarde zal verdwijnen. Of wordt het een keerpunt in het leven zoals we het nu kennen, een nieuw tijdperk van menselijke groei en bewustzijn? Misschien is de kalender gewoon op en wordt het tijd voor een nieuwe? De Maya’s spraken zich hier niet duidelijk over uit. Zelfs de datum 21 december is niet ‘hard’ en kan op meerdere manieren berekend worden. Volgens andere wetenschappers ligt het einde van de Maya kalender in 2220, of zelfs op 1 oktober 4772!

Toch zijn veel mensen ervan overtuigd dat eind december iets vreselijks zal gebeuren. Het magnetisch veld van de aarde draait om; er zullen zonnestormen losbreken die uiteindelijk leiden tot het einde der mensheid. Anderen denken eerder aan desastreuse natuurrampen dichter bij huis, zoals droogte of het uitbreken van een ziekte.

Zomaar wat voorspellingen over 2012:

  • Er zal een stijging zijn in het aantal natuurrampen zoals aardbevingen, vulkaanuitbarstingen, overstromingen etc. > Niet echt iets nieuws dus, natuurrampen zijn onderhand aan de orde van de dag. Maar of ze echt vaker voorkomen dan vroeger durf ik niet te zeggen. Kent iemand de statistieken?
  • Er zal in de komende jaren een enorme machtsstrijd komen tussen het leger, overheden etc. > Ook dit zien we dagelijks om ons heen: overal waar je kijkt zijn oorlogen, op grote of kleinere schaal. 
  • Het bankensysteem zoals we het kennen zal instorten. > De wereldwijde crisis? 
  • Alle nieuw geboren kinderen zullen waarschijnlijk telepathisch begaafd zijn vanaf de geboorte. Ze zullen hoogst intelligent zijn, enorm intuïtief en de spirituele leiders van de toekomst zijn. > Ik ben benieuwd of die laatste opmerking ook waar zal blijken te zijn. Nieuwe ouders, bereid je maar voor op je telepathisch kroost en geloof met heel je hart in Sinterklaas en de Kerstman. Anders zal het inderdaad het einde betekenen… van deze mooie tradities.

Zoals je ziet is een aantal van deze voorspellingen zeer aannemelijk, en dat zou betekenen dat het einde der wereld al in volle gang is. Een groep mensen is inmiddels echt verhuisd vanwege deze voorspelling, naar Tsjechië of naar Afrika, in ieder geval naar een hooggelegen stuk land. Op de vlucht geslagen? Anderen maken hun spaargeld op ‘omdat je er na 2012 toch niets meer aan hebt’. En dit alles vanwege een hype? Komt u maar!

Wat precies gaat gebeuren op 21 december weet ik ook niet. De Maya’s hebben zeker voorspellingen gedaan van geschiedkundige cyclische aard, vastgelegd op vele oude monumenten. Ze keken vanuit het verleden vooruit naar de toekomst. Maar die toekomst hield voor hen niet op in 2012, die liep nog veel verder door. Ik hoop dus echt dat we naar een ander tijdperk gaan, eentje waarin we bewuster en met meer respect met elkaar en met de aarde omgaan.

Je nu vreselijk druk maken heeft geen enkele zin meer, als die datum echt het einde van de wereld betekent. Dan kunnen we er maar beter nog twee weken lang het beste van maken. Bovendien: de huidige Maya’s weten zelf niets van het einde der wereld! En als iemand het zou moeten weten, zijn zij het. Toch?

Geloof jij al die onheilspellende berichten? En ga je de komende twee weken iets extra’s doen?

Geplaatst in Columns, Persoonlijk

De Juiste Studie?

Het is herfst. Seizoen van regen en vallend blad. De kleuren zijn prachtig: vlammend rood wisselt af met zonnig geel en pompoen-oranje. Ze zijn te fantastisch om te kunnen beschrijven. In dit jaargetijde komen ook veel depressies over drijven. Donkere wolken trekken zich samen en dreigen los te barsten. Hangende donderkoppen, hangende hoofden. Alles lijkt grauw en troosteloos. De zon laat zich niet zo vaak zien, dus zoeken we haar vaker binnen, vinden verlichting in kaarslicht.

Ook bij Avans vallen ze – soms bij bosjes – de studenten. Na een periode vol nieuwe ervaringen en indrukken en het wennen aan het studentenleven, wringt de werkelijkheid zich vastbesloten een weg naar voren. Is dit wat ik wil? Komen mijn verwachtingen uit? Zijn mijn inspanningen in verhouding tot het plezier dat ik uit deze studie haal? Ben ik dit? Studenten twijfelen. Over hun keuze om te gaan studeren. Het is bij nader inzien toch wel erg zwaar. Over hun keuze voor de opleiding. Voor de klas staan is helemaal niet zo leuk als ik dacht. Studeren is niks, ze gaan veel liever werken, of het buitenland lonkt met half geloken ogen.

Voor de opleidingen heeft het eveneens gevolgen. Hoeveel zijn er afgevallen? Kunnen er groepen  samengevoegd worden? Handig voor het lesrooster en de belasting van docenten – minder groepen betekent immers minder lesgeven en meer rust om andere dingen te doen – maar het is altijd een beetje triest om het enthousiasme en (zelf)vertrouwen te zien wegebben bij een student die de prachtigste tijd van zijn of haar leven kan hebben.

In het hoger onderwijs is 1 februari een belangrijke datum. Stop je met je studie voor dit ijkpunt, dan krijg je eventueel nog de helft van je collegegeld terug en hoef je de ontvangen studiefinanciering niet terug te betalen. Je herkent de studenten die willen stoppen al snel. Huilend, in paniek, verdwaasd, gelaten. Kan ik iemand spreken? Ik MOET nu iemand spreken want ik zie het niet meer zitten. Een enkele keer kun je het voor ze oplossen. Je verwijst hem/haar door naar de studieadviseur, of naar de decaan. Schakelt een studieloopbaanbegeleider in die de student goed kent. Maar meestal kun je er niets aan doen en is het een gegeven, het zij zo.

Het zij zo… tot je eigen zoon laat weten dat hij twijfelt. Dat hij zijn opleiding ‘veel te sociologisch en maatschappelijk’ vindt in plaats van medisch. Dat hij het helemaal niet ziet zitten om met deze ‘onzin’ verder te gaan. Dan bezie je de situatie ineens met heel andere ogen. Vroeger was switchen van studie niet zo’n ramp. Zestien jaar student-zijn kwam vaker voor. Maar met de huidige ontwikkelingen ziet het er niet rooskleurig uit. De OV-jaarkaart van de baan in 2015, de basisbeurs die verdwijnt. En hoe moet het nu met die kamer in Maastricht? Zoekt hij daar een baan om de tijd tot het volgende studiejaar te overbruggen, zodat hij in dat gezellige studentenhuis bij zijn vrienden kan blijven? Of komt hij terug naar huis? En die baan, zo gemakkelijk is dat allemaal niet. Die liggen niet voor het oprapen, zelfs als je goed zoekt. Zoveel zaken waar opnieuw over nagedacht moet worden, zaken die geregeld moeten worden.

Maar er zijn ook voordelen: hij heeft nu alle tijd om naar een passende studie te zoeken, eentje die hij écht wil. En hij kan nog alle kanten op. Misschien wordt hij wel brandweerman. Game-designer. Dokter. Of astronaut!

Heb je zelf wel eens getwijfeld aan je studie? Of worstelde je kind hiermee? Ik hoor het bijzonder graag.

Geplaatst in Columns, Gezondheid, Nieuws

Hamburgers voor de rijken

In Tsjechië geen single maltje meer. En ook Slivovitsj is uit den boze: alcohol boven de 20 procent is door de overheid verboden. Er zijn daar namelijk mensen die het nodig vinden om giftig spul in flessen met nep-etiketten te stoppen. Tientallen inwoners zijn reeds aan de gevolgen overleden. Leve het winstbejag. Wellicht is het een idee om die ‘zakenlieden’ in hun eigen bocht te laten gaarkoken; zijn ze meteen bijzonder goed geprepareerd.

Een andere vorm van overheidsingrijpen in New York, the Big Apple. Grote appels mogen nog wel, maar grote bekers frisdrank niet. De gemeente vindt dat haar inwoners iets te enthousiast consumeren en wil daarom over een half jaar grote bekers cola en andere suikerrijke frisdranken gaan verbieden. Jawel, verbieden! Op straffe van een fikse boete. Geen slurppartijen meer in restaurants en bioscopen. Geen halve liter energierijk vocht in het stadion om de dorst te bestrijden. Wat wel nog steeds kan is twee of drie kleinere bekers kopen, geen haan die daar naar kraait.

Stimuleert de drooglegging het ontstaan van een illegaal cola-circuit of zou het inderdaad helpen om de New Yorkers te laten afslanken? Dan kunnen andere steden en landen gerust meedoen, want in Europa zijn eveneens veel mensen met overgewicht. Zo ook in ons land. Wist je dat vier van de tien Nederlanders te zwaar zijn? Dit houdt in dat zo’n 3,5 miljoen volwassenen in Nederland kampen met overgewicht; zelfs bij kinderen neemt het toe! Dit overgewicht zorgt ervoor dat in Nederland jaarlijks 20.000 mensen vroegtijdig sterven en 40.000 mensen lijden aan ouderdomsdiabetes en/of hart- of vaatziekten als gevolg van ongezonde voeding. Vreselijk voor de zieken, maar ook funest voor ons ziektekostenstelsel.

Rien Meijerink, voorzitter van de Raad voor Gezondheid en Zorg (RGZ), acht het hoog tijd voor de vettax, een belasting op ongezond eten. Een extra accijns op voedsel waar veel ongezonde vetten en/of suiker in zit. Als het aan de RGZ lag, zou de vettax direct ingevoerd worden, stelt de Raad in haar advies ‘Preventie van welvaartsziekten’, dat in december 2011 gepresenteerd werd.

Maar liefst 25 procent van alle welvaartsziekten wordt veroorzaakt door een ongezonde leefstijl en vaak zijn dit soort ziekten te voorkomen. Volgens de raad scoort Nederland zeer slecht wanneer het gaat om risicogedrag. We roken te veel, drinken te veel, bewegen te weinig en eten te veel (ongezond). Er wordt daarom gepleit voor forse maatregelen. Wanneer het ongezonde voedsel duurder wordt gemaakt, zal een grote groep mensen liever kiezen voor goedkoper en gezonder voedsel. Althans, dat vermoedt men.

Met invoering van de vettax zou ook de forse aanspraak op de zorg verminderd worden, want minder mensen met gezondheidsproblemen betekent minder zorg en dus op termijn dalende zorgverzekeringskosten. Minder zieken, minder kosten voor de overheid op het gebied van uitkeringen. Het klinkt niet eens zo slecht… ware het niet dat het leven nu al bijna niet meer te betalen is. En Nederland kennende zal ALLES wel weer duurder worden als dit plan doorgedrukt wordt.

Het advies gaat verder. Ik citeer uit Aanbevelingen:

De burger vraagt om bescherming. Bescherming begint, en betutteling eindigt, waar de burger zelf niet in de gelegenheid is om een gezonde keuze te maken. Die grens is niet scherp, maar diffuus; vooral de jeugd mag aanspraak maken op bescherming. Neem als uitgangspunt dat in dit grijze gebied het zekere voor het onzekere wordt genomen. Testcase is bescherming tegen aanbod van onzichtbaar ongezonde producten. Hier worden als voorbeeld vijf beleidsopties genoemd:

  • maak schoolpleinen in het basis en voortgezet onderwijs rookvrij;
  • verbied drempelverlagende c.q. verslavende toevoegingen aan tabak;
  • zet meer druk achter de gezonde schoolkantine;
  • zet meer druk op het verminderen van zout in bereid voedsel, zoals brood;
  • verbied roken in auto’s liefst helemaal, want dit bevordert ook de verkeersveiligheid; verbied roken in ieder geval als kinderen meerijden.

Stuk voor stuk prima acties, daar kan ik mee leven!

Maar toch gaat het wat kriebelen. Of het nu onder de noemer ‘bescherming’ of ‘betutteling’ valt, waar blijft de vrijheid van handelen, van eigen keuzes? En betekent dit dat hamburgers in de toekomst alleen voor de rijken zijn?

Wat vind jij van de vettax?

Nieuws van 10 november 2012: Denemarken schaft vet-taks weer af.

Geplaatst in Columns, Gezondheid, Humor

Brandpreventie

LET OP! Dit is de afspraakkaart voor de jaarlijkse controle van uw rookmelders: donderdag tussen 8.00 en 12.00 uur.  

Ooit heb ik een programma gezien waarin een huisbrand van binnen uit was gefilmd. Je ziet letterlijk niets. Een kolkende zwarte rookmassa beneemt je het zicht en de adem en je moet op de tast vluchten. Probeer maar eens een sleutel in het slot te steken in het donker, terwijl de paniek toeslaat. Nog geen week later staat hier in de buurt een huis in brand. Vlammen likken als een levend wezen aan het dak en verwoesten alles op hun pad. Wat een afschuwelijk gezicht. Zomaar ineens kan je leven totaal veranderen. Worden herinneringen vernietigd, dingen die je in de loop van je leven hebt verzameld en gekoesterd. Het belangrijkste is echter dat niemand gewond was.

Op dat moment besluit ik mijn huis te beveiligen. Maar welke brandmelders ga je kopen en waar hang je ze op? En heb je daarmee de juiste oplossing voor jouw huis? Kies je brandblussers of neem je een branddeken? Check je regelmatig of de batterijen nog werken? Is je huis nu veilig? Ik ging op zoek naar vakkundig advies, dat ik vond via Brand Preventie Nederland. Na een consult met hun deskundige schaf ik drie brandmelders, een koolmonoxidemelder en een branddeken aan. Plus een jaarlijks onderhoudscontract.

Normaal gesproken kan ik op donderdagochtend uitslapen, maar wegens de controle staat de wekker nu op half acht. Ruim op tijd, ze komen toch pas rond 11 uur. Of vlak voordat ik naar mijn werk moet om 12 uur, dat zul je altijd zien. Onder de douche bedenk ik wat ik ga aantrekken en ik heb net twee lokken geföhnd, als

TRRRIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIING

Het is 7.53 uur. Dat méén je niet?!

Ik ren naar beneden, waar de man van B.P.N. al vrolijk naar me kijkt, een grote koffer in zijn handen. En ook al heb ik hem vaker gezien, ik voel me toch behoorlijk opgelaten met slierten nat haar rond mijn hoofd, op blote voeten en in een afgedragen, te grote badjas.

Als ik hem een hand geef, zeg ik

Tussen 8 en 12 uur, dat betekent toch tien voor twaalf?!

Hij lacht en loopt naar boven, waar ik hem op de enige nog werkende brandmelder wijs. De avond ervoor moest ik nog op zoek naar twee al te mondige melders die ergens op zolder liggen.

Deze doet het prima, maar de andere liggen er al een tijdje af. Die sloegen op hol midden in de nacht in een regenachtige periode met onweer en joegen ons de stuipen op het lijf. En ik denk dat er iets is afgebroken, want ik krijg ze er ook niet meer op.

Ik denk terug aan die week, waarin zo rond 3 uur ’s nachts snerpende tonen het hele huis – de hele rij – wekten. Totale paniek, kan ik je vertellen. BRAND!! Adrenaline stroomt door je lijf als je ruikt en snuft, naar rook zoekt, terwijl je zonen hun slaapkamers uit komen rennen. Om niets te vinden. De buren zijn ook op, ik hoor het. In gedachten liggen draden te smeulen, komt er een stof vrij die we niet ruiken maar die wel gevaarlijk is. Je zoekt en zoekt, maar vindt helemaal niets. Na een uur met alle ramen en deuren wagenwijd open te hebben gelucht, toch maar terug naar bed om proberen te slapen. De nacht daarop gebeurt exact hetzelfde, en na een derde keer is de maat vol. Eraf met die dingen! Brand Preventie Nederland vertelt me telefonisch dat de melders zeer gevoelig zijn, vooral bij een hoge luchtvochtigheid. En dat ik moet bellen als het weer gebeurt. We spreken af dat ik de melders er weer op zet. Maar dat lukt niet.

Twee ontmantelde brandmelders met batterijen liggen in mijn hand. Hij inspecteert de bevestigingsplaten en knikt. Inderdaad kapot.

Je moet ze ook los drááien, niet trekken.

zegt hij licht verwijtend.

Nou, in het holst van de nacht denk je echt niet aan met beleid draaien. Dan wil je alleen dat voor niets krijsende ding tot zwijgen brengen, hoe dan ook!

Hij kijkt me aan en knikt; ik krijg warempel gelijk! Als de man naar zijn auto loopt, duik ik de slaapkamer in om me aan te kleden. Vijf minuten later zijn mijn haren droog en zie ik er wat toonbaarder uit. Intussen is de brandveiligheid inspecteur klaar met het installeren van de twee nieuwe melders. Regelmatig klinken controletonen door het huis. Ook de koolmonoxide meter wordt gecheckt. Mijn oudste zoon, die op zolder ligt te ‘slapen’, houdt zich koest. Die zal wel stevig balen van het lawaai.

Graag wil hij een kop koffie ja, hij is al vanaf kwart voor zes op. Ik zet de koektrommel op tafel en vul intussen de machtiging in. We praten wat terwijl hij van zijn koffie drinkt. De inspecteur vertelt over een programma dat hij gezien heeft, ‘Opgelicht’ heet het. Over een man die zich voordeed als brandweerman. Vele mensen zijn gedupeerd door de bedrieger. Argwanend kijk ik naar zijn dienstkleding en werp een blik op zijn auto.

Eh, jij bent toch wel écht van Brand Preventie Nederland hè?

Hij grijnst en staat dan op. De koffie heeft hem weer verkwikt: hij is klaar voor de rest van zijn klanten. En ook mijn huis is weer alert. Nu maar hopen dat deze generatie brandmelders slimmer is en het verschil kent tussen brand en vocht.

Heb jij ook aandacht besteed aan brandpreventie?